Jacques Brel - BREL'S BOAT

ASKOY II ON THE LOOSE

  • 1
  • 2
  • 3

The Askoy II has recently left the dock at Nieuwe Scheldewerven where it was welded and treated with the love it so desperately needed, after having been buried in the News Zeeland's desolate beach sands for so many years. We congratulate Piet and Staf Wittevrongel and the Askoy II foundation with this major step towards getting her to sail again!

Find here also a French tv report on the progress:

401Brel.nl will continue to promote the Askoy II on her way back the Azores, the Panama Channel, Hiva Oa and beyond, for eventually, she must triumph over Bayley's Beach, and the Tasman Seas that once thought to have claimed her fore good.

RS.

DE ASKOY II

Brels zeereis met de Askoy II vormt het hart van de nieuwe biografie. De hoofdstukken over Brels laatste jaren zijn uitgebreid met het opmerkelijke verhaal van wat er na Brels dood met zijn zeiljacht is gebeurd. Seghers: 'Het is een van die onverklaarbare toevalligheden in het leven die een mens het idee geven dat toeval niet bestaat. Ik stuitte op berichten waarin melding werd gedaan van de berging van Brels jacht, de Askoy II. Ik zocht contact met de bergers, verenigd in de stichting Save Askoy II, Piet en Staf Wittevrongel, gesecondeerd door secretaris Gerald Muylle. De naam van de gebroeders deed een belletje in mijn achterhoofd rinkelen: schreef ik mijn eerste druk niet over zeilmaker Johan Wittevrongel, die de zeilen voor de Askoy II had geleverd? Inderdaad! Piet en Staf hielpen destijds als tieners mee in het familiebedrijf.'

Wandelend door de tentoonstelling Le droit de rever en lezend door de hoofdstukken in Seghers eerste Brel biografie uit 2003, besloten de Wittevrongels te onderzoeken wat er precies met Brels boot was gebeurd. Zo ontspon zich een thriller zonder weerga. De Askoy II bleek eerst aan een hippiestel te zijn verkocht, dat onder de 'No Nukes' vlag hun prille liefde vierde. Daarna kwam het in handen van een avonturier die het ombouwde tot viskotter, alvorens het jacht te verkopen aan een bende soft-drugssmokkelaars!

VOORPUBLICATIE

DE DRUGSSMOKKELAARS

Waren alle eigenaren van de Askoy II sinds Van Kuyck steeds romantische avonturiers, toch steekt Helmut Rutten qua avontuurlijke inslag zelfs Brel moeiteloos naar de kroon. Zijn plan: de Askoy II te gebruiken als moederschip van een trans-Pacific marihuana-netwerk! Op 26 juni 1988 vaart de Askoy II via de Chinese Zee vanuit Nieuw Guinea naar Hawaii, met twaalf ton Thai marihuana. De bemanning bestaat uit Rutten, Randall Scott Harrack en Suzanne Pearson. Niet geheel toevallig werd het trio in New Guinea al aangehouden voor overtreding van de immigratiewetgeving, maar daarbij werden geen verdere onregelmatigheden ontdekt en zo kon het gezelschap koers zetten naar open zee ten noorden van Hawaii, waar een rendez-vous met het kleinere satellietschip de Pyrgos was gepland. Op 25 juli 1988 vaart de Pyrgos van Californie naar de Askoy II voor de kust van Hawaii, waar de lading marihuana wordt geladen. John Hoine en Rex Olander varen de vol marihuana geladen Pyrgos  naar het Red, White and Blue naaktstrand in Santa Cruz County. Op 26 en 27 augustus 1988 ontmoeten ze daar het distributieteam. Met kleine speedbootjes brengen de smokkelaars de drugs aan land. Een oplettende kampeerder vertrouwt de drukke bedrijvigheid van de bootjes die in het donker met gedoofde lichten lading lossen niet en alarmeert de politie, die de drugs onderschept en de smokkelaars arresteert. De vangst is met een straatwaarde van $ 66,5 miljoen de grootste ooit in Santa Cruz County.

De voltallige bemanning inclusief de eigenaar van de Pyrgos, George Contaxis, niet aanwezig bij het lossen maar later gearresteerd, wordt gedagvaard. De bemanning van de Pyrgos wijst vervolgens de Askoy II als moederschip aan, en rond 3 december 1988 wordt Rutten aan boord gearresteerd in de haven van de Suva Yacht Club, waarna het schip aan de ketting wordt gelegd. Harrack en Pearson zijn dan nog voortvluchtig, maar worden al snel eveneens gearresteerd - Pearson kamperend in een tent op Hawaii.

Met de bemanning achter slot en grendel belandt de Askoy II aan de ketting in Suva op de Fiji Eilanden. Eind 1993 wordt het schip geveild. Gelukkige eigenaar wordt zeiler/avonturier Lindsay Wright.

STORM OP ZEE

Wright knapt het schip gedurende zes maanden op en vaart op maandag 4 juli 1994 uit. Na de ronding van Cape Reinga, de Noordkaap van Nieuw-Zeeland, barst de storm op dinsdag in alle hevigheid los. Het noodweer ontwikkelt zich tot een vliegende Westerstorm met windsnelheden van 150 km per uur; de ergste storm die men zich ter plaatse kon herinneren. Was dat onder normale condities nog een oplosbaar probleem geweest, in zijn verwaarloosde staat kon de zwakke motor niet tegen de vrijkomende krachten op. Twee dagen en nachten vocht Wright tegen weer en wind, waarbij hij niet kon slapen omdat hij moest waken voor oververhitting van de motor.

Als in de donderdagnacht van 6 op 7 juli de motor het begeeft, koppelt Wright de afwaterpomp aan de motor, om deze aldus met zoutwater te koelen:

'In tweeeneenhalf uur tijd slaagde ik erin vijf kilometer afstand tot de kust te winnen. Toen begaf de afwaterpomp het echter ook, en ging ik benedendeks om het probleem te verhelpen. Na ongeveer een uur sloegen twee enorme golven door de stuurhut naar binnen.'

De golven die in de branding tot tien meter bedroegen, sloegen de boot vervolgens om, waarna het vaartuig zwaar overhellend vast kwam te liggen. Wright vuurde noodvuurpijlen af, griste zijn tas mee en sprong overboord. Het is dan 05.00 uur 's ochtends:

'Ik meende mensen met fakkels op de top van het duin te zien, maar dat bleek achteraf een vage weerkaatsing op de trappen die naar boven leidden te zijn. Ik stak het duin over en liep ongeveer twee uur door tot ik een boerderij zag, waar ik aanklopte.'

Plaatselijke veehouders, mijnheer en mevrouw Grant Acteson, krijgen de schrik van hun leven als ze de verzopen man in zwarte oliekleding voor zich zien, maar zodra ze begrijpen wat er aan de hand is, ontfermen ze zich over de drenkeling. De schipper eet, drinkt en pakt een paar uur slaap, alvorens de schade op het strand op te gaan nemen.

BERGING

Boven: interview met Piet & Staf Wittevrongel (19 augustus 2012).

Decennia later besluiten de gebroeders Witevrongel het wrak te bergen en naar Belgie te transporteren. Hoogtepunt van het sprookjesachtige project is een eerste bezoek dat de Wittevrongels brachten aan het wrak. Piet Wittevrongel: 'Alleen het stalen karkas was nog over. Het lag begraven in de vloedlijn op het strand van Baylys Beach te Nieuw-Zeeland. Op het wrak zijn tussentijds overigens nog kinderen verwekt - ook die hebben we opgespoord, inderdaad.'

 

 RECONSTRUCTION


Boven:
interview met Peter Jansens, eigenaar van de Nieuwe Scheldewerven te Rupelmonde, waar de Askoy II momenteel wordt gerenoveerd.
Links: Film van de renovatiewerkzaamheden aan de Askoy II, dd 19 augustus 2012.

Het ultieme hoogtepunt van het verhaal van de Askoy is natuurlijk het ongelofelijke verhaal van de berging van het wrak. Die nam enkele jaren in beslag, maar op 19 december 2007 komt de enorme romp van de Askoy II uit zijn graf. Het gevaarte wordt over het strand naar de droge duinaanzet gesleept, waar het veilig is. De romp werd op een containerschip geladen, die het naar de haven van Antwerpen vervoert. Sindsdien werken we op de Scheldewerven te Rupelmonde aan de renovatie. Het is de bedoeling dat de Askoy II te zijner tijd weer gaat varen!'